Mobiel menu trigger

Eisen aan uitloop voor biologische varkens

Eisen aan weidegang of uitloop voor biologische varkens

De uitlopen voor biologische varkens zijn aantrekkelijk voor de varkens en bestaan indien mogelijk uit percelen met bomen.

De uitlopen voor biologische varkens moeten voldoen aan de volgende eisen:

  • Een onverharde uitloop moet biologisch zijn. De omschakelingsperiode voor een uitloop is één jaar
  • Uitlopen mogen ook verhard zijn. Hiervoor geldt geen omschakelperiode.
  • De dieren vinden in de uitloop beschutting om hun lichaamstemperatuur te reguleren
  • De bodemgesteldheid van een verharde uitloop is geen reden om de varkens binnen te houden

Verharde uitlopen hebben de volgende eigenschappen:

  • Minimaal 50% van het oppervlak moet uit een dichte vloer bestaan (dus geen latten- of roostervloer).
    Voor bedrijven die voor 2022 biologisch in bedrijf waren geldt een overgangsbepaling: uiterlijk 2030 moeten álle buitenuitlopen voor minimaal de helft voorzien zijn van een dichte vloer.
  • In de uitloop heerst een buitenklimaat
  • Gedeeltelijke overkapping is toegestaan. Om een buitenklimaat te bieden, wordt een overkapping tot maximaal 75% geaccepteerd
  • Een vrij zicht tot minimaal 4 meter vanaf het achterhek zorgt voor een aantrekkelijke uitloop. Varkens moeten dan wel over het achterhek heen kunnen kijken (onderste 50 cm mag dicht zijn).

Dieren hebben een minimale oppervlakte in de uitloop (zowel verhard als onverhard):

Minimum oppervlakte uitloop - varkens

Gespeende biggen t/m 35 kg

0.4 m2 per dier

Vleesvarkens tot 50 kg

0.6 m2 per dier

Vleesvarkens tot 85 kg

0.8 m2 per dier

Vleesvarkens tot 110 kg

1.0 m2 per dier

Vleesvarkens meer dan 110 kg

1.2 m2 per dier

Zogende zeugen met biggen tot spening

2.5 m2 per dier

Fokvarkens: guste en drachtige zeugen

1.9 m2 per dier

Fokvarkens: beren

8.0 m2 per dier

Niet-biologische dieren beweiden op biologische weidegrond

Het is toegestaan om voor een periode niet-biologische dieren te beweiden op biologische weidegrond. Dit mag maximaal 7 maanden op hetzelfde perceel. De niet-biologische dieren mogen niet op hetzelfde moment als biologische dieren op de biologische grond aanwezig zijn.

Mest
De mest van niet-biologische dieren telt mee als A-meststof voor de periode van het jaar dat de dieren geweid worden op biologische percelen. De stalmest van deze niet-biologische dieren telt mee als B-meststof.

Beweidingsplan
De exploitant heeft in een duidelijk beweidingsplan vastgelegd:

  • welke niet-biologische dieren en …
  • … hoeveel niet-biologische dieren
  • gedurende welke periode
  • op welk perceel hebben gelopen.

Regelgeving
Verordening (EU) 2018/848, bijlage II, deel II, punt 1.4.2.1.

Bezoekadres
Skal Biocontrole
Dr. Klinkertweg 28a
8025 BS Zwolle
Postadres
Skal Biocontrole
Postbus 384
8000 AJ Zwolle